Nog net in het eerste decennium van de 20e eeuw werd de kleine Bastiaan Jan Ader in ’s Gravenzande. De kalender wees 30 december 1909. Zijn ouders waren het schoolhoofd Bastiaan Ader en Antje van der Schaaf. Na hem zou nog zusje Gepke het levenslicht zien.
De jongeman bleek erg geïnteresseerd in techniek en wilde bij de Spoorwegen, maar hij werd zich bewust van een roeping van Hogerhand om predikant te worden. In 1931 ging de gymnasiast theologie studeren in Utrecht. De boomlange Bas bleek ook zeer muzikaal en ontpopte zich als componist en organist. Met het zelfde gemak bestuurde hij ook een locomotief. In zijn studietijd ontmoette hij Johanna Adriana Appels uit Driebergen, werkzaam op een redactiebureau.
Op 25 september 1935 trouwden Bas en Jo in hun woonplaats Amsterdam. In hetzelfde jaar hield Bas in de Utrechtse Pieterskerk zijn proefpreek over Mattheus 5, vers 16: “Laat uw licht alzo schijnen voor de mensen, dat zij uw goede werken mogen zien, en uw Vader, Die in de hemelen is, verheerlijken.” In zijn eerste preek zei hij: “Wie zich aan Christus overgeeft om het wonder van de levensvernieuwing aan zich te laten voltrekken, zoodat het goddelijk licht de duisternis opheft, wie leven ontvangen heeft dat aan grenzen ontheven is, diens nieuw gekregen eeuwigheids-leven brengt vanzelf goede werken voort. Het is niet mogelijk door God te worden aangeraakt en onvruchtbaar te blijven. (…) Als God ons aanraakt, gebeurt er iets. Dat gevoelen we en weten we allemaal. En het zwakke punt in ons leven is, dat we er heimelijk bang voor zijn dát God ons leven zal aanraken, dat er iets zal gebeuren.”
In 1936 bezocht hij op de fiets Palestina en pas in 1938 werd hij dominee in de Hervormde Gemeente Nieuw-Beerta in Oost-Groningen. In 1943 begon de hulp aan Joden, die zij lieten onderduiken in hun pastorie; uiteindelijk zouden acht onderduikers (waarvan zes Joods) bij hen een veilig heenkomen zoeken. Dominee Ader ging elke maandag de hele week naar Amsterdam om Joodse medeburgers te helpen en waarschijnlijk heeft hij er tussen de 200 en 300 kunnen redden. Ook werkte hij aan een bevrijdingsplan voor kamp Westerbork, waar ongeveer 200 mensen bij betrokken waren. Op Goede vrijdag 1944 kwamen de Nazi’s hem op het spoor waren en moest hij vluchten. Vanaf toen leidde hij een zwervend bestaan als verzetsstrijder. Op 22 juli 1944 werd ds. Ader gearresteerd in Haarlem door de colla-borerende politiemannen Fake Krist en Harm Smit. Tijdens een verhoor dat meer op foltering leek, wist hij te zwijgen. Daarna werd hij naar de Weteringsschans in Amsterdam overgebracht en daar werd hij weer de dominee, die hij was. Meerderen bracht hij in hun nood in contact met het Evangelie van Jezus Christus.
Sinds 1942 was hij de vader van Basjan, die later als kunstenaar bekend werd en 16 dagen voor zijn dood werd zoon Erik geboren, al heeft hij dat nooit geweten.
Op 20 november 1944 stond ds. Ader met vijf anderen aan de rand van Rhenen en Veenendaal voor het vuurpeloton. Op de leeftijd van 34 jaar gaf hij zijn leven voor vrijheid en recht.
Na de oorlog schreef Johanna Ader-Appels de brochure “Laat uw licht schijnen” en in 1947 volgde de beststeller “Een Groninger Pastorie in de storm)
Bas Ader is herbegraven op Ereveld Loenen (Vak E, graf 52)
Klik hier om het gedicht te lezen over ds. Bas Ader, dat voorgedragen werd tijdens de herdenking van 20 november 2014.